Zeg jij u of jij?

Spreek jij je doelgroep aan met u of jij? Kies je voor Engels of Nederlands? En welke terminologie gebruik je?

Leestijd: 4 minuten

Nederland zit in diverse transities en dit is er één van. Nu.nl wijdde een artikel aan ‘u of jij’ en de Quest heeft een aardige test met overigens vragen die suggestief naar de uitslag toewerken, maar dat maakt niet uit. Het informatiefst van het artikel van Nu.nl zijn de reacties, want daar gaat het om: hoe wil men aangesproken worden?

Hoe heurt het?

Veel mailings kun je personificeren. Voordat je daaraan begint, moet je al kiezen voor u of jij. Zorg dan dat er niet ‘Geachte Pieter’ staat of juist ‘Hey mevrouw Pieters’. Ook krijg ik wel eens mailings met ‘Geachte Caroline van Wijk’. Staat heel stom. Of nog erger: ‘Beste Van Wijk’. Als je u zegt, moet je dus niet alleen de achternaam weten, maar ook de aanspreekvorm, meneer of mevrouw. In je inschrijfformulier moet je daar dan ook naar vragen.

Daar komt bij dat je het eerste tussenvoegsel als ‘van’ of ‘van der’ met een hoofdletter schrijft, behalve als er voorletters, een voornaam of een andere achternaam voor staan. Dus:

  • Mevrouw Van Wijk
  • Ir. Van der Wijk
  • C.D. van Wijk
  • Cor Willems – van Wijk
  • Willem van Toeten tot Blazen

Overigens, in België krijgt een tussenvoegsel juist altijd een hoofdletter. Dus daar moet je in je bestanden ook nog rekening mee houden als je achternamen gebruikt.

Je kunt overigens ook te ver gaan, want ‘u’ schrijf je echt niet meer met een hoofdletter, behalve natuurlijk aan het begin van een zin.

Kortom, je maakt het jezelf wel moeilijk als je ‘u’ schrijft aan je klanten. Maar als je klanten graag met ‘u’ worden aangesproken, is vousvoyeren toch de beste keus.

Werkgever/werknemer: u of jij?

In mijn doelgroep zijn verschillende bureaus die werkgevers met werknemers koppelen of medewerkers en leidinggevenden tegelijk aanspreken, bijvoorbeeld omdat ze trainingen aanbieden. Ik zie dan veel dat die bureaus de werknemer en medewerker met ‘jij’ aanspreken, en de werkgever en leidinggevende met ‘u’. Als ik íéts beledigend vind, is het dat. Als je beide doelgroepen aanspreekt, ongeacht of je dat op verschillende pagina’s of zelfs verschillende websites doet, gebruik dan voor allebei dezelfde aanspreekvorm. Dat kan u of jij zijn – dat is je eigen keus.

Jij, tenzij

Vind je het moeilijk om te kiezen? Dit is mijn vuistregel: gebruik altijd ‘jij’, tenzij:

  • Je doelgroep bestaat uit ouderen – oordeel zelf wat een leeftijdsgrens is. Ik denk aan 70-plussers.
  • Je doelgroep werkelijk iedereen bevat, bijvoorbeeld supermarkten. Ook overheden en semi-overheden spreken hun klanten beter met u aan.
  • Je doelgroep zeer formeel is, zoals mensen in de financiële of juridische sector.
  • Je doelgroep zichzelf heel belangrijk vindt, zoals bepaalde directies in behoudende bedrijven en organisaties.
  • Je doelgroep (deels) bestaat uit Vlamingen. Voor hen is tutoyeren gewoon bot.
  • Jij zelf liever met ‘u’ wordt aangesproken. Maar ik betwijfel of je dan helemaal tot hier gekomen was…

Ik kies er dus voor mijn doelgroep te tutoyeren.

Bepaal u of jij lekker zelf

Juist omdat de kwestie zo ambivalent is, moet je vooral je eigen keus maken. Ikea heeft een enorm brede doelgroep, maar koos toch als een van de eerste bedrijven in Nederland voor ‘jij’. Daarmee zette het bedrijf zich neer als uiterst informeel, maar ook vooroplopend en hip. Het bedrijf heeft zich ermee onderscheiden en dat pakte heel goed uit. Zo kun je bijvoorbeeld als financieel adviesbureau ervoor kiezen om je klanten te tutoyeren en daarmee zul jij je enorm onderscheiden. Maar je kunt er ook de plank compleet mee misslaan.   

Wees consequent

Wat je ook kiest, u of jij, kies het bewust en wees in elk geval consequent.

Let op, want veel plug-ins en automatiseringen zijn letterlijke vertalingen van het Engels en vertalen ‘you’ meestal standaard in ‘u’. Spreek verder binnen je bedrijf af dat je je doelgroep consequent aanspreekt met u of jij en houd je daaraan. Zodat je niet, zoals bijvoorbeeld de NS, een brief aan ‘mevrouw van Wijk’ stuurt met een aanhef als ‘Geachte mevrouw van Wijk’ op briefpapier waarop heel jolig staat ‘Waar ga jij vandaag naartoe?’

Dezelfde soort fouten maken KPN, Albert Heijn en andere grote bedrijven – hun doelgroep is zo breed dat ze niet kunnen kiezen tussen u of jij. Superonpersoonlijk. Hierdoor heeft de boodschap vaak geen of zelfs een negatief effect. De overheid en financiële instellingen spreken mij vooralsnog overal met ‘u’ aan.

Post NL noemt mij in twee achtereenvolgende mails over hetzelfde product u, respectievelijk jij.

Jij of ik?

Veel bloggers raken in de war met ‘jij’ of ‘ik’. Ze verplaatsen zich zo goed in de schoenen van hun doelgroep, dat ze de ik-vorm gebruiken. Maar omdat ze daarna weer advies geven, switchen ze weer naar de jij-vorm. Natuurlijk zoeken veel mensen naar informatie en googelen daarvoor in de ik-vorm. Dus zinnen met ‘ik’ (hoewel Google deze woorden vaak negeert, maar dat terzijde) zijn logische titels en zoektermen. Om consequent te blijven, schrijf je zinnen in de ik-vorm tussen aanhalingstekens:

“Schrijf ik mijn klanten aan met u of jij?” vragen veel klanten mij.

Met zo’n constructie kun je gemakkelijk weer overstappen naar de jij-vorm. Let op: de ‘mij’ in bovenstaande zin gaat dus over de schrijver-adviseur.

Eén of meer mensen u of jij

Nu is er een kleine onregelmatigheid. Sommige potentiële klanten spreek ik in de eerste paar contacten toch aan met ‘u’. Alleen als ik ze spreek, niet op schrift. Ik kan je daar geen criteria voor geven, dat is een gevoel. Het is ook geen etiquette of zo. Ik wil het je hier alleen eerlijk opbiechten en zeggen dat het niet echt kwaad kan.

Zelfs op schrift kan het zijn dat je in een-op-eencontact begint met ‘u’. Of dat de directeur en een stagiair van een adviesbureau een CEO van een klant verschillend aanspreken of zelfs aanschrijven.  

Maar schrijf je iets aan meer dan één lid van je doelgroep, houd je dan aan de bedrijfsbrede keus van u of jij. Dat geldt ook voor video’s, presentaties, lezingen en podcasts of andere plekken waar je een breder deel van je doelgroep aanspreekt.

Check – dubble check

Controleer daarom je website en alle verborgen teksten op u of jij door systematisch door je hele website te lopen en je overal voor in te schrijven. Vergeet ook de voetnoten van zowel je webpagina’s als je mailings niet.

Kijk dan naar al je social media en alle geplande berichten, inclusief de bedrijfsprofielen. Persoonlijke profielen op social media zijn persoonlijk. Die hoeven zich per defnitie niet aan de bedrijfsafspraken te houden.

Check vervolgens je facturen, briefpapier en papieren mailings.

Heb je nog meer hardcopy communicatie, zoals folders, kaarten, boeken, relatiegeschenken of quick reference cards? Je hoeft ze niet meteen weg te gooien, maar borg wel dat je nieuwe drukken aanpast aan je bedrijfsbrede keus.

Kies ook je taal

Neem in die checklist meteen mee of je consequent Nederlands of Engels gebruikt. Als je bijvoorbeeld op je homepage Engels schrijft, moeten je blogartikelen ook in het Engels. Dan is een url met ‘.nl’ ook niet aan te raden.

Heb je een grotendeels Nederlandse doelgroep? Kies dan voor Nederlands. Alleen als je ook in andere talen een grote doelgroep hebt, kun je een meertalige website overwegen. Dat kost namelijk niet alleen extra geld, maar vooral veel extra werk. En zorg dan ook dat de Nederlandse kan compleet en consequent in het Nederlands is en check dit uiteraard ook voor de andere talen.

Met name op LinkedIn zie ik veel Engels en Nederlands door elkaar gebruikt.

Nog consequenter in je spelling?

Daar heb ik over geschreven in Redigeer je eigen blogtekst.

Geen idee? Geen zin?

Heb je geen idee wat een goede keus is voor jouw bedrijf? Heb je geen zin om dat allemaal uit te zoeken? Dan laat je dat toch lekker uitzoeken!